Het beveiligen van uw Wi-Fi-verbinding is geen luxe, maar een noodzaak om uw gegevens en privacy te beschermen. Of u nu een thuisnetwerk, een openbaar netwerk of een kantoornetwerk gebruikt, als u niet de nodige maatregelen neemt, kan uw apparaat worden blootgesteld aan risico's zoals hacking, het onderscheppen van gegevens of zelfs kwaadaardige aanvallen.
Windows geeft u eenvoudig toegang tot een reeks tools en instellingen die u helpen uw Wi-Fi-verbinding veiliger te maken. In deze handleiding bespreken we praktische stappen om netwerken te beveiligen, waaronder het inschakelen van encryptie, het instellen van een firewall en het vermijden van de risico's die gepaard gaan met open netwerken, om een veiligere online-ervaring te garanderen.
Snelle links
1. Van netwerkprofiel wisselen
Windows biedt twee Wi-Fi-profielen: openbaar en privé.
Een openbaar profiel isoleert uw apparaat van andere apparaten in het netwerk, waardoor het risico wordt verkleind dat uw verbinding door hackers wordt aangetast. Aan de andere kant maakt een privéprofiel uw apparaat vindbaar, waardoor gegevens met anderen kunnen worden gedeeld.
Het delen van gegevens kan geweldig zijn voor thuisnetwerken waar u elke verbonden gebruiker al vertrouwt, maar het vergroot ook uw kwetsbaarheid doordat andere gebruikers gegevens van uw apparaat kunnen verzenden en ophalen.
Vanwege de beveiligingsproblemen die het met zich meebrengt, mag u alleen het profiel 'Privé' gebruiken voor beveiligde thuisnetwerken en overschakelen naar het profiel 'Openbaar' wanneer u verbinding maakt met niet-vertrouwde netwerken in openbare plaatsen zoals cafés of luchthavens.
Ga naar om het netwerkprofiel te wijzigen Instellingen -> Netwerk en internet -> Wi-Fi En klik Bekend netwerkbeheer. Selecteer het netwerk waarmee u bent verbonden en kies het gewenste profiel.
2. Stop automatische verbindingen met open netwerken
Windows maakt automatisch opnieuw verbinding met eerder gebruikte Wi-Fi-netwerken wanneer deze binnen bereik zijn. Hoewel deze aanpak handig is, kan deze een ernstig veiligheidsrisico met zich meebrengen.
Het kan zijn dat u onbewust verbinding maakt met een openbaar netwerk dat u eerder hebt gebruikt, en dat dit deze keer mogelijk niet veilig is. Om de veiligheid te verbeterenU moet voorkomen dat Windows verbinding maakt met oude netwerken en openbare netwerken vergeten nadat u deze hebt gebruikt.
Om automatische verbindingen te stoppen, klikt u op het Wi-Fi-pictogram in de taakbalk en selecteert u het netwerk. Deselecteer vervolgens de optie Automatisch verbinden.
Om een opgeslagen Wi-Fi-netwerk te vergeten, opent u Instellingen -> Netwerk en internet -> Wi-Fi -> Beheer bekende netwerken. Selecteer het netwerk dat u wilt verwijderen en klik geheugenverlies.
3. Schakel willekeurige apparaatadressen in
Wanneer uw computer naar Wi-Fi-netwerken zoekt, verzendt deze een uniek hardwareadres (MAC) dat aan uw apparaat is gekoppeld. Cybercriminelen kunnen deze informatie misbruiken om de locatie van uw apparaat te controleren.
Schakel willekeurige apparaatadressen in om uw privacy te beschermen. Hierdoor wordt er elke keer dat u verbinding maakt met een netwerk een nieuw MAC-adres aangemaakt.
Om willekeurige apparaatadressen voor alle netwerken in te schakelen, opent u Instellingen -> Netwerk en internet -> Wi-Fi. Schakel vervolgens de tuimelschakelaar naast in willekeurige apparaatadressen.
Om willekeurige apparaatadressen voor een specifiek netwerk in te schakelen, gaat u naar Bekend netwerkbeheer, selecteer het gewenste netwerk en stel een optie in Willekeurig hardwareadres Aan inschakelen.
4. Stel de netwerk-IP-instellingen in op automatisch (DHCP)
U kunt het IP-adres van uw apparaat op twee manieren toewijzen: automatisch (via DHCP) of handmatig (met behulp van een statisch IP-adres).
Met DHCP wijst uw router of netwerk een IP-adres toe aan uw apparaat telkens wanneer het verbinding maakt met het netwerk. Soms gebeld Dynamisch IP-adres. Aan de andere kant kunt u met Handmatig (Statisch) IP-adres een statisch IP-adres aan uw apparaat toewijzen.
DHCP verbetert de beveiliging door het IP-adres periodiek te wijzigen, waardoor het ideaal is voor gebruik op openbare of niet-vertrouwde netwerken.
Volg deze stappen om een dynamisch IP-adres in te schakelen:
- Ga naar Instellingen -> Netwerk en internet -> Wi-Fi.
- Klik Eigenschappen <netwerknaam> voor uw actieve verbinding, ga dan naar IP instellen.
- Klik Wijzigingen selecteer Automatisch (DHCP) uit de lijst en sla de wijzigingen op.
5. Wijzig het coderingsprotocol
Om ervoor te zorgen dat uw gegevens beschermd blijven tegen ongeoorloofde toegang, moet uw Wi-Fi-netwerk moderne coderingsstandaarden gebruiken, bij voorkeur WPA3 of ten minste WPA2.
Hoewel de coderingsinstellingen worden beheerd via de interface van uw router, kunt u met Windows eenvoudig controleren welk coderingsprotocol uw netwerk momenteel gebruikt.
Om het beveiligingsprotocol te controleren:
- Ga naar Instellingen -> Netwerk en internet -> Wi-Fi.
- Open uw verbonden netwerk en zoek naar het protocol dat naast het beveiligingstype wordt vermeld.
Als u merkt dat uw netwerk verouderde codering gebruikt, moet u de instellingen bijwerken:
- Open een webbrowser en voer het IP-adres van uw router (meestal 192.168.1.1 of 192.168.0.1) in de adresbalk in.
- Meld u aan met de inloggegevens van uw routerbeheerder.
- Ga naar Draadloze netwerkinstellingen أو Wifi instellingen.
- Selecteer de coderingsoptie en selecteer Het sterkste protocol dat beschikbaar is, zoals WPA3 of WPA2.
Dit zijn de basisstappen die u moet nemen om uw Wi-Fi-verbinding te beveiligen. Zorg er ook voor dat u uw netwerk beveiligt met een sterk wachtwoord dat moeilijk te raden is en dat u uw wifi-netwerk niet deelt met onbekende personen. Bij veel routers kunt u een gastnetwerk voor bezoekers opzetten om uw verbinding veilig te houden. Je kunt nu bekijken Redenen om een gastnetwerk op je router in te stellen.